Primair
onderwijs

Leerlingen doorlopen het primair onderwijs van groep een (4 jarigen) tot en met groep acht. In alle groepen komt beeldonderwijs voor. Scholen hebben de vrijheid vakken onder een andere naam te brengen, maar vaak heet het handenarbeid en tekenen.
De groepsleraar richt zich voor de inhoud van die vakken naar de eindtermen voor het basisonderwijs. Eindtermen voor het basisonderwijs bestaan sinds 1993 en ze worden geregeld vernieuwd.
In de laatste eindtermen (van 2005) staat onder andere:
Kunstzinnige oriëntatie is er ook op gericht bij te dragen aan de waardering van leerlingen voor culturele en kunstzinnige uitingen in hun leefomgeving. Ze leren daarnaast zichzelf te uiten met aan het kunstzinnige domein ontleende middelen

Hoe dat vervolgens in zijn werk kan gaan is uitvoerig beschreven in Beeldonderwijs en didactiek, dat op een groot deel van de pedagogische academies wordt gebruikt als handboek voor beeldonderwijs.
De kerndoelen voor het basisonderwijs1998-2003 boden leraren een handleiding om hun onderwijs op te richten. In de nieuwe kerndoelen (vanaf 2005) krijgen scholen meer vrijheid, maar ze zijn ook minder duidelijk.
Leraren basisonderwijs kunnen kiezen uit verschillende methoden voor tekenen en handenarbeid.

Momenteel is er een tendens beeldonderwijs in het basisonderwijs te laten verzorgen door vakdocenten/kunstenaars. Het lerarentekort zou hierdoor enigszins kunnen worden opgeheven. De groepsleraar raakt hiermee een van de interessantste activiteiten met kinderen kwijt.